Uitkomsten JOB-monitor 2012 bekend
Vanochtend bood Preston Henshuijs, de voorzitter van Jongeren Organisatie Beroepsonderwijs (JOB), het JOB-monitorrapport 2012 aan demissionair minister van OC&W, Marja van Bijsterveldt, aan( zie hier). Ruim 215.000 mbo-studenten vulden de JOB-monitor, het grote landelijke tweejaarlijkse studententevredenheidsonderzoek, in. Hiermee heeft bijna 42% van de mbo-studenten hun onderwijs kritisch beoordeeld. De belangrijkste punten van aandacht zijn het contact tussen school- en stagebegeleider, de transparantie van de klachtenafhandeling en de zorg voor studenten met een beperking. De rapportcijfers die studenten hebben gegeven voor hun opleiding en hun instelling zijn niet verbeterd ten opzichte van twee jaar geleden. (Download hem hier). Klik hier om zelf in de JOB-monitor online tool te kijken hoe jouw school scoort.
JOB is tevreden over het grote aantal ingevulde enquêtes. Preston Henshuijs: “Met deze cijfers kunnen we echt wat: elk verschil van een paar procent is significant.” Uit de JOB-monitor komt bijvoorbeeld naar voren dat studenten dit jaar veel positiever zijn over de hoeveelheid lesuitval (deze is afgenomen) en zij weten aan het begin van hun opleiding beter hoe deze is opgebouwd. Ook zijn zij meer tevreden over de begeleiding bij het zelfstandig werken en de beschikbaarheid van computers en de stilteruimtes.
Toch zijn er nog een hoop zaken waar de mbo-student kritisch over is en waar de scholen mee aan de slag moeten. Het contact tussen de school en de stageplek is nog altijd niet voldoende. JOB vindt dat de schoolbegeleider en praktijkopleider elkaar drie keer moeten zien of spreken gedurende de stageperiode. Zo kan er duidelijk progressie worden waargenomen tussen de begin-, midden- en eindperiode van de stage. Maar dit gebeurt te weinig volgens 30% van de studenten.
Daarnaast is het oordeel over de klachtenafhandeling de afgelopen twee jaar niet verbeterd. Studenten vinden dat het niet duidelijk is wat de klachtenprocedure is op hun school en weten niet waar zij met hun klacht terecht kunnen.
Een derde belangrijk punt dat naar voren komt uit deze JOB-monitor is dat 40% van de studenten die een beperking hebben zeggen dat ze daar hinder van ondervinden tijdens de lessen. Dit is een toename van 2% sinds JOB-monitor 2010. 37% is van mening dat de school geen rekening houdt met hun beperking. JOB vindt dit een kwalijke zaak en roept de scholen op om een deel van hun lumpsumgeld te besteden aan aanpassingen voor deze studenten.
Preston Henshuijs: “De scholen zijn op de goede weg en hopelijk nemen zij de JOB-monitorresultaten serieus bij het verbeteren van de kwaliteit van het onderwijs.”